Geschiedenis van het Alhambra: Toen Mohammed I in 1237 de macht kreeg over Granada, Málaga en Almería, ontstond de dynastie van de Nasriden. Mohammed I, de eerste islamitische vorst in Spanje, vestigde zich in Granada. Hij opperde om een nieuw Alhambra te bouwen voor de vorsten uit het Nasridenrijk en wilde de originele negende-eeuwse citadel aanpassen en uitbreiden. In 1238 werd een ontwerp gemaakt om het nieuwe Alhambra te maken. Dat zou gaan bestaan uit zes paleizen, twee torens en diverse badhuizen. Onder Mohammed I werd het eerste paleis in het Alhambra gebouwd: het Alcazaba.
Verschillende Nasridische vorsten werkten vervolgens aan het Alhambra. Niet alleen werden er meerdere paleizen gebouwd, ook er kwam een irrigatiesysteem voor de tuinen van het Generalife, het buitenhuis met de prachtige tuinen. Met name Yusuf I en Mohammed V zorgden voor een hoogtepunt in de Nasridendynastie. Onder hen groeide het Alhambra, waarin zij allerlei details van de Moorse cultuur verwerkten.
In 1492 heroverden de Spaanse katholieken Granada en daarmee het Alhambra. Kleinzoon Karel V liet in 1526 een paleis bouwen in het Alhambra (het paleis van Karel V), waarvoor hij een deel van het bestaande Alhambra liet afbreken. Zijn vrouw, Isabella van Portugal, voorkwam dat de rest van het Alhambra werd aangetast.